Enkelvoudige en meervoudige motivatie

In 1935 deed de psycholoog David Krech een experiment waarbij hij de motivatie van een hongerige rat om bij voedsel te komen trachtte te meten (1). Hiertoe werd de rat voorzien van een tuigje, dat via een koord was verbonden met een meetinstrument dat het koord kon laten vieren en tegelijkertijd kon aangeven met welke kracht de rat daaraan trok. Het verband tussen deze kracht en de afstand tot het voedsel werd uitgezet in een grafiek. Hierin was te zien dat de trekkracht van de rat toenam naarmate hij hongeriger was en ook naarmate hij dichter het doel (het voedsel) kwam.  
xxxxxxHoewel het experiment veelomvattender was dan hier is weergegeven, was het natuurlijk hoogst primitief en kan men meteen al de kritiek leveren dat de relatie tussen de motivatie en de trekkracht onbekend is en dat trekkracht dus geen goede maat voor de motivatie is. Toch kan men aan de hand van deze opstelling een paar zaken duidelijk maken.
xxxxxxIn de eerste plaats is het duidelijk dat hier sprake is van enkelvoudige motivatie: de rat wordt maar door één motivatie aangespoord, namelijk honger. Verder kan met het experiment uitbreiden door twee verschillende doelen te maken, bijvoorbeeld een vakje met kaas en een ander vakje met rijst. In dat geval sluiten de doelen elkaar uit en zal de rat een keuze moeten maken. In zijn geest ontstaat dus (tijdelijk) een conflict. Maar dat neemt niet weg dat er nog steeds sprake is van enkelvoudige motivatie, namelijk honger.
xxxxxxEen gecompliceerdere situatie krijgt men wanneer er  één doel is, maar meerdere motivaties om dat doel te bereiken. Iemand kan bijvoorbeeld het besluit nemen om zijn auto te verkopen en in het vervolg met de fiets naar zijn werk te gaan. Wellicht heeft hij hiervoor twee motivaties: (a) het is goedkoper en (b) het is gezonder. In dat geval is er sprake van dubbele motivatie.
xxxxxxHet is vaak moeilijk om onderscheid te maken tussen enkelvoudige en dubbele motivatie. Stel bijvoorbeeld dat een arts aan een patiënt een bepaald medicijn voorschrijft. Over het algemeen zal hij hierbij uitsluitend worden gemotiveerd door de wens de patiënt te genezen en is er duidelijk sprake van enkelvoudige motivatie. Moeilijker wordt het als dat medicijn de voor de arts plezierige eigenschap heeft dat hij er zelf financieel beter van wordt. Als dit laatste werkelijk meespeelt bij zijn keuze van het betreffende medicijn is er sprake van dubbele motivatie. Maar wanneer de arts dit medicijn voorschrijft omdat hij werkelijk meent dat dit het beste is en het feit dat hij daar zelf financieel beter van wordt voor hem slechts een geringe rol speelt is er sprake van enkelvoudige motivatie. In dat geval ervaart hij het medicijn als een medicijn met een onbelangrijk bijeffect en
xxxxxxDeze situatie heeft een belangrijk moreel aspect. Iemand kan namelijk de arts ervan beschuldigen wel te beweren dat hij dit medicijn voorschrijft omdat hij dit het beste vindt, maar dat het hem in werkelijkheid te doen is om het geldelijk gewin. Het zou hem bij zijn motivatie niet te doen zijn om het effect van het medicijn, maar om het bijeffect van dat medicijn. Dat is een akelige beschuldiging waartegen men zich niet kan verweren. Juridisch gezien zal men hierbij als volgt moeten redeneren: niemand kan in het hart van de arts kijken en daarom moet men uitgaan van zijn onschuld. Hij hoeft zijn onschuld niet te bewijzen, de bewijslast ligt bij de beschuldiger.
 
(1) D. Krech (1935): Measurement of tension. In: D. Krech and R.S. Crutchfied (1962): Elements of  Psychology.