In de geschiedenis komen telkens scherpe wendingen voor in het geestelijk klimaat en deze worden door de historici vaak aangeduid als reacties. Zo zegt men bijvoorbeeld: “De Romantiek was een reactie op de Verlichting”.
De term “reactie” suggereert dat het geestelijke klimaat bij dergelijk overgangen veranderde van het ene uiterste naar het andere uiterste, dus bij de overgang van de Verlichting naar de Romantiek van een te grote nadruk op het kille menselijke verstand, naar een te grote nadruk op het gevoel. Kennelijk vindt er tussen de geestesgesteldheid van dergelijke perioden een soort polarisatie plaats. Dit werpt vooral twee vragen op: (1) welke krachten bewerkstelligen dergelijke omslagen in het geestelijk klimaat en (2) in welk opzicht zijn de opvattingen in dergelijke zich tegen elkaar afzettende perioden “tegengesteld” aan elkaar?