Slotsom: de wet verplicht de rechters tot een onuitvoerbare taak

In de voorgaande paragrafen is de emotionalisering van het westerse recht beschreven, waarbij het daadstrafrecht steeds meer werd losgelaten en een verdachte steeds meer veroordeeld kan worden op grond van fout geachte innerlijke gevoelens, motivaties en gedachten.
 xxxxxxxxHiermee werd een principiële grens overschreden. Als eerste bezwaar zou men kunnen aanvoeren dat het recht hier de “privacy” van het individu schendt en zijn vrijheid aantast. Verder zou men als bezwaar kunnen aanvoeren dat  de rechter zich hier begeeft buiten zijn eigen vakgebied en komt op het vakgebied van de psycholoog. Maar het belangrijkste bezwaar gaat dieper. Want het is niet alleen zo dat de rechters hier een taak krijgen die buiten hun competentie ligt, het is zo dat ze hier een taak krijgen toebedeeld die voor een mens principieel onuitvoerbaar is (en die ze ook niet op zich zouden moeten nemen).
 xxxxxxxxLaten we als concreet voorbeeld eens kijken naar de relatie tussen “haat” (gevoel, motivatie) en moord (daad). Vaak wordt haat gezien als een opstapje tot doodslag, maar zo simpel licht dat niet. Psychologisch gezien ligt er tussen beide een lange weg met vele tussenfasen en momenten waarop iemand van gedachten kan veranderen.
 xxxxxxxxIn onderstaand schema is een schets gegeven van deze weg. Hij begint met de haat, die bijvoorbeeld is ontstaan uit een diepe belediging.
 
(1) Diepe belediging ondergaan
Komt van buiten
(2) Passief haten (= gevoel)
Wrokken. Ik vermijd hem
(3) Actief haten (= gevoel + motivatie)
Ik houd hem voortdurend in het oog; zou hem best willen aanpakken; maar doe dat natuurlijk niet.
(4) Zich realiseren dat de mogelijkheid hem concreet aan te pakken bestaat
Als ik dat wilde zou ik hem uit de weg kunnen ruimen, maar doe dat natuurlijk niet.
(5) Voorstelling maken van plan (visualiseren)
Op déze wijze zou ik hem uit de weg kunnen ruimen, maar doe dat natuurlijk niet).
(6) Uitvoering plan
Revolver kopen, huis observeren, enzovoort.
(7) Op het laatste moment fysieke consequenties onder ogen zien (en al of niet terugdeinzen)
(8) Moord concreet uitvoeren)
Trekker overhalen, bom plaatsen (of, bijvoorbeeld bij vergiftiging, uitgesmeerd over een langere periode)
(9) straf ondergaan
Maatschappelijk (gevangenis) of persoonlijk (eigen geweten).
 
In dit schema stellen de vet gedrukte teksten gemoedstoestanden voor (fasen) en daartussen vinden wilsbeslissingen plaats (al of niet bewust). Het is van belang te zien dat aan een moord een hele reeks wilsbeslissingen vooraf gaat. Haat leidt niet automatisch tot moord. Daarom is aanzetten tot haat ook geen aanzetten tot moord (of tot geweld). De persoon die wordt aangezet tot haat heeft een eigen verantwoordelijkheid. Hij hoeft zich niet te laten aansteken door de haat en zelfs als hij de haat overneemt leidt dat niet automatisch tot moord of geweld.
 xxxxxxxxCruciaal is de overgang tussen fase 7 en fase 8: de beslissing om de trekker over te halen of het mes in iemands buik te steken. Maar hier zullen veel mensen ondanks eventuele haat- of geweldsfantasieën toch terugdeinzen. En wie op het laatste moment terugdeinst is geen moordenaar.
 xxxxxxxxHet is een belangrijke vraag welke rol geweldsfantasieën hierbij spelen. Deze worden vaak gezien als een bewijs voor schuld. <of een aanjager> Een rechter zou bijvoorbeeld als volgt kunnen redeneren: de aangeklaagde had al maanden vóór de door hem gepleegde moord geweldsfantasieën en dus was hij al lang van plan deze moord te plegen. Maar hier mag men niet vergeten dat geweldsfantasieën onschadelijk zolang ze niet tot geweld leiden. Volgens een door veel psychologen aangehangen (psychoanalytisch) inzicht kunnen ze zelfs geweld voorkomen. Het is zelfs mogelijk dat ze de functie hebben om geweld te voorkomen. Om een voorbeeld te geven: Stel dat iemand zwaar is beledigd en jegens de dader wraakgevoelens koestert en er uitvoerig over fantaseert wat een genot het zou zijn hem een flink pak slaag te geven.  Dit stelt hem in staat de wraakneming  in gesublimeerde vorm te beleven, waardoor de vergeldingsdrang wordt bevredigd en feitelijke wraakneming niet meer nodig is.  Het is speculatief, maar misschien mogen we deze gedachtegang uitbreiden naar haat: haat kan leiden tot moord, maar hij kan ook moord voorkomen.  
 xxxxxxxxHeeft het zin om haat, en aanzetten tot haat, strafbaar te stellen? De relatie tussen haat en moord is geen simpel causaal verband. De kans dat haat leidt tot Of gevolgd wordt door) moord is klein, stel bijvoorbeeld 1%.  Ieder moment kan iemand van zijn voornemen om een moord te plegen afzien. Een moord is pas een moord wanneer de daad begaan is.
 xxxxxxxxWanneer aanzetten tot haat strafbaar wordt gesteld, en haat dus gezien wordt als een dwingend opstapje tot doodslag, worden de rechters gedwongen een oordeel te vellen waar dat ongewenst is en ook niet uitvoerbaar. Er is geen enkele serieuze theorie waarop zij zich kunnen baseren. Zij zullen dus richtingsloos gaan speculeren en “afwegen”,  hetgeen onvermijdelijk leidt tot willekeur,  subjectiviteit en onrecht.